navigation-menu

Naomi den Hoedt is waarnemend huisarts in de regio Delft. Ze hoorde via een bevriende collega over Prisma, dat was in februari van 2019 toen het nog een pilot was. Ze besloot direct mee te doen en vindt het prachtig dat je specialisten schaamteloos’ kunt vragen wat je te vragen hebt. Dat ik tot nu toe de meeste vragen heb gesteld komt mogelijk omdat ik Prisma vanaf het begin consistent gebruik. Dus heel vreemd is het misschien niet.’

Ik weet ook niet of er verschil zit in wat ik doe en wat collega’s doen. Maar wat Prisma voor mij zo’n goed hulpmiddel maakt is dat ik mijn vragen rustig kan voorbereiden. Ik kan er achtergrondinformatie en labuitslagen bij plaatsen, of zelfs filmopnames en geluidsfragmenten, zodat specialisten een goed beeld hebben van de situatie. Het mooie is: hoe meer relevante gegevens je toevoegt, hoe leuker en uitgebreider de reactie van specialisten.’

Aan het begin van ons gesprek zei je dat je het prachtig vindt dat je schaamteloos’ met je vragen bij een specialist terecht kunt. Kun je toelichten wat dat schaamteloos voor jou betekent?

Als je in Nederland een specialist wilt spreken kan dat altijd. Dat vind ik echt super; de chirurg antwoordt bij wijze van spreken nog als hij met zijn handen in de patiënt zit. Dat wetende, wil je wel een goede reden hebben om iemand te storen. Dus bedenk ik me van te voren heel goed of een situatie het waard is om te bellen. In Prisma werkt dat anders. Daar plaats ik de casus en daarna kijkt en reageert de specialist wanneer het hem of haar uitkomt. Die specifieke drempel is weg. Ik overleg natuurlijk nog steeds telefonisch met specialisten maar dat doe ik alleen over acute zaken.’

We hebben in Delft nu ook de mogelijkheid om casussen digitaal in te sturen. Dat is heel fijn, alleen mis ik daar het multidisciplinaire karakter dat Prisma wel heeft. Als ik dan een probleem voor de internist heb, leest er niet nog een oogarts mee die zegt: Hebben jullie toevallig ook hier aan gedacht?̈” En in Prisma vind je juist de onderwijsminded specialisten die artikelen voor je bijvoegen en uitleg geven over de laatste ontwikkelingen. Je steekt er zoveel van op.’

Hoe besluit je of je met een vraag naar Prisma gaat? Zit daar toch nog een drempel of juist helemaal niet?

Het komt wel eens voor dat ik tijdens het consult met de patiënt twijfel, maar als ik dan een Prisma-casus opstel en alle factoren op een rijtje zet, worden de logische vervolgstappen toch duidelijk. Dan hoef ik de casus niet meer te posten! Daar ben ik natuurlijk ook mee geholpen (lacht). Maar als ik er zelf niet uitkom is er is nog wel een drempel. Prisma is niet helemaal anoniem en je wilt ook niet de huisarts zijn die alleen maar vragen stelt. Ergens vrees je dan toch dat anderen denken: O, daar heb je haar weer.’

Hoeveel tijd besteed je gemiddeld aan het opstellen van een casus in Prisma?

Als het om een vlekje of plekje rond het oog gaat is het maar een paar zinnetjes en een foto, dus een minuut of vijf. Bij een ingewikkelde casus, bijvoorbeeld in combinatie met psychiatrie heb ik wel iets langer nodig. Een kwartiertje, zou ik zeggen. Maar dan voeg ik wel zoveel mogelijk informatie toe.’

Merk je dat je door het plaatsen van een meedenkconsult minder doorverwijst?

Ja, juist! Minder en beter. Bij twijfel zou ik anders toch doorsturen, dat voorkom ik nu vaak. En omdat er andere disciplines meekijken verwijs je (zo nodig) ook direct naar het juiste specialisme door.

Zijn er casussen die je specifiek zijn bijgebleven, of die anders waren gelopen als je niet via Prisma bij een specialist terecht had gekund?

Ik had een jong meisje op consult waarvan de ouders zich afvroegen of er een standsafwijking aan haar voetjes was. Loopt ze nou verkeerd of niet? Het was geen hele dringende vraag en een eventuele oplossing moest zich wel netjes tot het probleem verhouden. Als het geen kwaad kan wil je ouders zeker niet het ziekenhuis in en uit sturen. Het mooie was dat ik gewoon een filmpje van haar loopje kon maken en dit via Prisma kon delen. Er was direct een gespecialiseerde kinderorthopeed die ernaar keek, en zo konden we de zorgen wegnemen. Die ouders voelden zich daardoor echt gerustgesteld en serieus genomen.’

Een andere casus was van een jongeman (rond de 30) die kerngezond was maar die toch last had van zijn ademhaling. Alles was in orde, dus die stuur ik dan niet door. Maar door zijn casus op Prisma te delen kreeg ik de tip om hem eens naar een logopedist te sturen, omdat er waarschijnlijk iets mis was met zijn ademregulatie. Daar was hij ook heel erg mee geholpen.’

Betrek je de patiënt altijd bij je besluit om via Prisma specialisten voor hen te raadplegen?

Ja, eigenlijk altijd en zij vinden dat zonder uitzondering heel prettig. De wetenschap dat een aantal specialisten meekijkt is toch heel bijzonder en ook geruststellend.

Heb je nog tips voor huisartsen die net met Prisma beginnen?

Lees in het begin vooral mee met vragen en casussen van andere huisartsen, dan krijg je een goed beeld van welke vragen er zoal gesteld worden. Via de kennisbank kun je ook eerder geplaatste casussen terugvinden, waardoor je wellicht al een antwoord op een vraag vindt zonder een casus op te stellen. Verder zou ik gewoon schaamteloos vragen stellen, je merkt vanzelf wat goed werkt en wat niet!

Wil je weten wat Prisma voor jou kan doen? Maak hier kennis!